De Ierse singer songwriter Luka Bloom is een van de eerste onafhankelijke muzikanten in de muziekindustrie die zijn muziek online begon te verkopen. Hij bracht zijn laatste album Sometimes I Fly (Live in Bremen) recentelijk uit, een oude opname uit 2001.

We spraken met Luka Bloom na een van zijn shows over de nieuwe plaat, de muziekindustrie en de lessen die hij als onafhankelijk artiest heeft geleerd.

Je laatste album is net uitgebracht, maar het is al in 2001 opgenomen. Dat is best opmerkelijk, niet?

“Voor mij was 2001 een druk jaar. Ik was de hele tijd aan het toeren. Dus ik kwam aan in Bremen voor een show, en dan moest ik de volgende dag alweer verder naar Hamburg, de dag daarna naar München, enzovoorts. Nu, zeventien jaar later, belt iemand me op om te vragen of het goed is dat ze een album uitbrengen met live opnames van de keer dat ik in Bremen optrad.”

“Natuurlijk herinnerde ik me het optreden niet meer en ik wist niet eens dat er iets opgenomen was tijdens die show. Ze stuurden me de opname en het klonk fantastisch. Ze gebruikten van die oude Duitse microfoons die heel warm en helder zijn qua geluid. De opname klinkt geweldig! Dus daardoor werd ik heel enthousiast en nu ben ik heel blij dat dit album is uitgebracht.”

Ik hoorde je zeggen dat je je eigen manager en producent bent. Is het dan niet raar om een album uit het niets te krijgen?

“Het is een geschenk! Het is heel ongebruikelijk, want ik moet normaal gesproken heel hard werken om een album te maken. Dus toen dit idee opkwam was ik er niet direct helemaal zeker over. Een oude opname uitbrengen klinkt een beetje als nostalgie en ik houd niet zo van nostalgie. Ik denk meer aan de toekomst.”

“Dat ding is inmiddels zeventien jaar oud, dus waarom zou ik erin geïnteresseerd moeten zijn. Totdat ik het hoorde. En toen dacht ik dat het waarschijnlijk wel oké is om af en toe te kijken naar iets dat je zeventien jaar geleden hebt gedaan en te zeggen: ‘Weet je wat, dit is best wel goed!’ Dat was een mooi moment. Het is ook leuk om de mogelijkheid te hebben een album uit te brengen zonder dat het 20.000 euro kost.”

Was de gitaar je eerste instrument?

“Het is mijn enige instrument. Ik probeerde de piano te spelen, maar het moment dat ik een gitaar in mijn handen kreeg, wist ik het.”

Herinner je dat moment nog?

“Ik herinner me het eerste moment nog dat ik een gitaar vasthield. Ik was negen jaar toen mijn broer thuis kwam met een gitaar uit Engeland. Ik weet nog dat ik die vasthield en op mijn knie legde. Dit klinkt misschien een beetje raar maar het voelde als thuiskomen. Daarna was mijn gitaar bijna overal bij.”

“Tussen schooluren door had ik een speciale verstopplek waar ik ging oefenen. Dus als de les bijna voorbij was kon ik alleen maar denken wat ik eerder gespeeld had en hoe ik dat kon verbeteren. Ik had een gitaar verstopt op school, dus ik speelde vaak een paar minuten voordat de les begon.”

Waar verstopte je je gitaar dan?

“Die had ik verstopt in een bezemkast waar alleen maar koffers in stonden.”

Waar verstop je tegenwoordig je gitaren dan?

“Ha, tegenwoordig verstop ik mijn gitaren niet meer! Als je bij mij thuis komt zal je zien dat ik drie gitaren in de keuken heb staan. Die heb je ook al gezien tijdens het optreden. Die staan dus bij mij thuis in de keuken.”

En nu we het toch over gitaren hebben. De laatste waarop je tijdens je optreden speelde had een heel warm en vol geluid. Wat voor gitaar was dat?

“Overal waar ik heen ga neem ik drie gitaren mee, en die moeten allemaal wel een eigen geluid hebben. Je wilt namelijk momentum kunnen creëren als soloartiest. Dus je wilt dat er afwisseling is en niet dat nummers hetzelfde klinken. Daarom heb ik altijd drie gitaren met elk een verschillende sound bij me.”

“De laatste twee gitaren waar ik op speelde zijn door dezelfde gast gemaakt. Hij heet George Lowden, echt een fantastische gitaarmaker. Als je geïnteresseerd bent in dat soort dingen en je raakt verslingerd aan Lowden-gitaren, wees gewaarschuwd: het zal je uiteindelijk klauwen met geld kosten.”

Wat zijn je favoriete akkoorden als je zou moeten kiezen?

“Wat een vreemde vraag. Ik ben een hele simpele gast; dus C-majeur en G-mineur.”

Waarom G-mineur?

“Het is goed voor emotionele liedjes.”

En wat maakt de C-majeur zo aantrekkelijk?

“Het C akkoord is een heel open en vol akkoord. Maar ik moet daar wel iets aan toevoegen. Als je me naar mijn favoriete akkoorden vraagt moet je weten dat ik normaal gesproken niet in standaard stemming speel. Ik gebruik zelfverzonnen stemmingen. Als ik het over C-majeur heb, dan is dat iets anders dan wat de meeste mensen denken.”  

Wat bedoel je?

“De eerste Spaanse gitaar waar ik op speelde vanavond is naar beneden, in C, gestemd. Dit betekent dat de snaren van hoog naar laag C, G, C, F, G, C zijn. Oftewel een open C-stemming. Dus als ik alle snaren open aansla hoor je een C-majeur.

“Dat is dus anders dan wanneer je een C in E-stemming speelt. Het heeft een diepe bas en een mooi klank, bijna zoals reggae soms. Ik houd ervan. En het vormt een goed contrast met mijn stem. Omdat ik niet in een band wil spelen moet ik een vol en stevig platform voor mijn vocalen creëren, daar helpen open stemmingen bij.”

Heb je je eerste gitaar nog steeds?

“Mijn neefje heeft mijn eerste gitaar nu. Hij woont vijf minuten bij mij vandaan. Mijn moeder wilde dat ik naar de universiteit ging, en ik heb dat echt geprobeerd. Maar daar lag mijn hart niet. Toen zij dat ook eindelijk inzag heeft ze me een cheque gegeven en zei ze dat ik daar een goede gitaar van moest kopen.”

“Toen ben ik met de bus en de boot naar London gegaan, naar een straatje dat Little Dean Street heet. Daar waren alle gitaarwinkels in die tijd. Ik weet niet meer hoe deze heet, maar ik weet nog heel goed dat ik voor het eerst in mijn leven vier muren vol met gitaren zag. Dat was in 1974. Dus dat was een muur vol met Guild-gitaren, één met Martins, één met Gibsons, enzovoorts.”

Dus hoe heb je toen gekozen?

“Het eerste instrument dat ik oppakte en bespeelde was een Guild D-40. Ik dacht direct, dit is geweldig. Maar als deze eerste al zo goed klonk, dan moesten de anderen nog beter klinken. Dus ik heb bijna elke gitaar uit de winkel geprobeerd, maar uiteindelijk ben ik weer teruggekeerd bij de eerste.”

“Nu heeft mijn neefje die. Weet je, ik houd er niet van om gitaren op te slaan. Ik geef ze meestal weg. Hangende instrumenten aan de muur, als decoratie, is niet echt mijn ding. Gitaren zijn om op te spelen niet om alleen naar te kijken.”

Je loopt nu al een hele tijd rond in de muziekindustrie. Wat zijn de grootste uitdagingen die je tegen bent gekomen?

“Man, waar moet ik beginnen. Ik ben zo veel uitdagingen tegengekomen, zo veel teleurstellingen, zo veel afwijzingen. De eerste vijftien jaar kon ik nauwelijks rondkomen. En toen was er de periode tussen 1988 en 1992 toen ik ineens bekender werd. Dus van 1992 tot nu is het eigenlijk best succesvol verlopen.”

“In het begin van de jaren 90 leek het ineens allemaal te beginnen voor mij, maar iedereen vergeet dat ik toen al vijftien jaar muzikant was. Dat is een lange tijd, maar plotseling gebeurt het dan. Dus dat was de eerste grote uitdaging.”

Er waren meer?

“Oh ja, er zijn zeker nog genoeg. De tweede grote uitdaging was in het begin van de jaren 90. Ik zat bij Warner Brothers voor drie albums en toen lieten ze me vallen. En dat was in de tijd dat je zonder platendeal geen plaat op kon nemen. Tegenwoordig gaat dat veel makkelijker en kan iedereen zijn of haar plaat opnemen van een laptop, maar in 1995 was dat heel anders.”

“Gelukkig kreeg ik een deal bij Sony … tenminste dat dacht ik. Zij hebben me echt niet goed behandeld. Ik had een goede ervaring met Warner Brothers, we hadden drie albums gemaakt, maar de derde verkocht gewoon niet. Ik was daar wat verdrietig over, want ik vond het een fijne samenwerking. Maar de verkoop viel gewoon tegen. Ik ben daar nooit boos over geweest.”

Dus, wat gebeurde er bij Sony?

“Sony is een soort McDonalds van de muziekindustrie. Ik ben het niet eens met waar ze voor staan. Natuurlijk kreeg ik de kans om een album te maken, wat me drie jaar kostte. En ja, ik heb het in Abbey Road opgenomen, waar de Beatles ook hun nummers opnamen. Maar drie maanden nadat het album uit was gekomen wist ik dat er iets mis was.”

“Niemand sprak met me. Niemand belde me op om te zeggen dat ze niet meer met mij wilden werken. Ze hebben me gewoon verlaten. Dit was dus niet de grootste uitdaging. Het was rock bottom, maar het leidde wel tot een mooi nieuw begin.”

Een nieuw begin. Klinkt best heroïsch.

“Dus in 1998 zat ik zonder platendeal en ik wist dat ik nooit meer een platendeal wilde hebben. Maar ik moest dus een andere manier vinden om in de muziekindustrie te blijven zonder afhankelijk van een platenmaatschappij te zijn – waar ik niks mee gemeen had. Ze praten alleen maar over geld en ik wil alleen maar muziek maken.”

“Dus toen heb ik iemand ontmoet in Ierland die begon met muziek verkopen op iets dat een ‘website’ heet. Let wel, dit was 1999 – dat jaar kocht ik mijn eerste computer. De tweede artiest in Ierland die zijn muziek online verkocht was ik.”

Dat moet een geweldig gevoel zijn geweest.

“Ja dat was het. Vanaf toen ben ik een compleet onafhankelijke artiest geworden. Ik heb veertien albums gemaakt, helemaal zelf; zelf gerealiseerd en zelf verkocht, wat geweldig is. Maar tot die situatie komen was mijn grootste uitdaging.”

“Toen ik bij Sony wegging dacht ik dat mijn carrière voorbij was, maar dat was niet zo. Het was nog maar net begonnen. Ik moest wel mijn mannetje staan en ik moest veel leren. En ik had eigenlijk geen interesse in het maken van websites en computers, maar ik wilde gewoon muziek maken. Om eerlijk te zijn begrijp ik technologie nog steeds niet. Je zei dat Chordify een algoritme is, ik heb geen idee wat dat is. Maar ik ga er zoveel in op als nodig is.”

Wat betekent ‘zoveel als nodig is’?

“Nou, als ik klaar ben met een album en ik wil het aankondigen op mijn website en op sociale media-platformen, zoals Facebook. Ik kan werken met technologie door het noodzakelijke ervan te gebruiken; en het belangrijkste is dat ik mijn eigen muziek kan maken en uitbrengen op mijn eigen voorwaarden.”

Heb je advies voor beginnende muzikanten?

“Geef absoluut niet op. Nooit, En neem jezelf nooit te serieus. Maar neem je werk wel heel serieus. Blijf gewoon jezelf. Probeer niet zoals je helden te klinken. Als je Bob Dylan-fan bent, stop dan met naar Bob Dylan luisteren. Luister eerst naar jezelf. Dat is alles dat ik kan zeggen.”

Dankje Luka! Het ga je goed.

Wat vind je van dit artikel?👍 👎Je hebt al gestemd!
+ posts

Teo creates content, which means he writes, a lot, about music, and all things interesting. When it comes to jamming, his weapon of choice is the bass guitar.