Toonladder

Definitie van de toonladder

Je bent de term “toonladder” waarschijnlijk wel eens tegengekomen tijdens je avonturen in het muziekuniversum. Toonladders zijn reeksen die bestaan uit een aaneenrijging van halve tonen (S – semitone) of hele tonen (whole tone – WH). Meestal bevat een toonladder zeven tonen. De toonhoogte van de noten neemt toe vanaf de eerste noot naar de laatste noot. Andersom werkt het natuurlijk ook, de toonhoogte van de noten neemt af van de laatste naar de eerste noot. 

Het beste voorbeeld van een toonladder is de C-majeurtoonladder – op de piano is dit elke witte toets vanaf de C tot de B noot. De C-majeurtoonladder heeft zeven verschillende tonen (C, D, E, F, G, A, B).

Op de afbeeldingen hieronder: halve tonen – S (semitone) en hele tonen – WH (whole tone).

In het plaatje hierboven zie je dat na de B-noot weer de C komt. Er is dus weer een C-majeurtoonladder die begint bij deze C. E n ja, je vermoeden klopt: er zijn meerdere C-noten op de piano. Dat betekent dat er dus ook veel C-majeurtoonladders zijn. Het is goed om te weten dat we het muzikale interval tussen twee C-noten, die na elkaar komen, een octaaf noemen (zie de afbeelding hierboven). 

Maar wat is het verschil tussen al die C-majeurtoonladders vraag je je misschien af? Het verschil zit in de toonhoogte. Bijvoorbeeld: de eerste C-majeurtoonladder, die zich helemaal links op het klavier bevindt, klinkt heel laag en zwaar. En de C-majeurtoonladder, die zich helemaal rechts op het klavier bevindt, klinkt heel hoog, dun en licht.

Om al deze octaven van elkaar te kunnen onderscheiden en te weten welke toonladder je moet spelen, heeft elke octaaf zijn eigen naam. Hier zijn de meest gebruikte octaven (van de linkerkant van het klavier naar de rechterkant): Sub contra; Contra; Groot; Klein; Eengestreept; Tweegestreept; Driegestreept; Viergestreept; Vijfgestreept. De toonladder binnen elk octaaf wordt genoteerd in verschillende muzikale symbolen en op verschillende lijnen. In de afbeelding hieronder zie je de C-majeurtoonladder in het octaaf van Eengestreept.

Hoe kunnen we toonladders in muziek gebruiken?

Muzikale context 

Toonladders kunnen de muzikale context weerspiegelen – bijvoorbeeld wanneer akkoorden uit een bepaald akkoordenschema bij een bepaalde toonsoort horen. Voor alle akkoorden uit dit akkoordenschema kunnen we een toonladder van het tonische akkoord gebruiken. Je kunt dus noten uit deze toonladder gebruiken om een melodie over dit akkoordenschema te componeren of om te improviseren. 

Bijvoorbeeld, een klassieke opbouw in liedjes, gebaseerd op I, IV en V akkoorden (akkoorden van de eerste, vierde en vijfde graad). Dit ziet er als volgt uit:

De grondtoon hier is C, daarom kan de C-majeurtoonladder gebruikt worden over al deze akkoorden: G, F en C. Je kunt alle noten uit die toonladder gebruiken om een melodie te componeren voor deze akkoordprogressie of om te improviseren natuurlijk.

Het akkoord weerspiegelen

Toonladders kunnen een bepaald akkoord weerspiegelen; als je weet welke toonladder voor een bepaald akkoord kan worden gebruikt kun je verschillende noten uit die toonladder gebruiken om het akkoord uit te breiden.

Hier is het C-majeurseptiemakkoord:

De hele C-majeurtoonladder past op dit akkoord. Dat betekent ook dat we elke noot uit deze toonladder mogen toevoegen aan het akkoord. De noten C, E, G en B zijn er al. Doen we bijvoorbeeld een D-noot erbij dan krijgen we het het akkoord Cmaj7(add9):

Toonladders zijn een belangrijke aanvulling op je muziekkennis en verruimen je muzikale visie en begrip. Blijf ze daarom oefenen.

Wat vind je van dit artikel?👍 👎Je hebt al gestemd!