Vlak voor hun dertiende optreden in club VERA hadden we de kans om backstage een van de Vikingen van Motorpsycho te spreken. Drummer Tomas Järmyr, die sinds eind 2016 met de groep speelt, vertelt over hun nieuwe plaat The Crucible en zijn visie op muziek maken.

30 jaar Motorpsycho. Dat is een lang rock-‘n-roll-bestaan. Ik heb gehoord dat jullie al dertien keer hier in VERA hebben gespeeld. Is dat waar?

Ja, de jongens zijn hier vaak geweest. Ik denk ergens tussen de dertien en vijftien keer. Ik speel al sinds december 2016 met Motorpsycho. Voor mij persoonlijk is dit de eerste keer dat ik met de band in VERA sta.

Hoe voelt het om in een band te stappen die zo’n lange geschiedenis heeft?

Het voelt niks anders dan beginnen bij welke band dan ook die al een tijdje bezig is. Daar heb ik niet veel bij stil gestaan. Maar het is leuk om met ze te spelen, er valt veel te leren. Ze hebben veel materiaal dat ik me eigen moet maken. Het is cool.

Dat moet overweldigend zijn, zo veel nummers om in zo’n korte tijd te leren. Hoe doe je dat?

Ha, dat is een goede vraag. Ik luister er gewoon veel naar. Nummers die we misschien gaan spelen, die heb ik op repeat staan. Maar ik maak maar heel zelden aantekeningen. Want als ik de liedjes uit mijn hoofd wil leren om ze nog jaren te spelen, denk ik dat ik ze goed moet leren. Dat betekent dat ik niet afhankelijk ben van notities. Dus ik moet het allemaal op gehoor leren. Natuurlijk repeteren we ook samen.

Jullie hebben net een nieuwe plaat uitgebracht. Een echt pareltje met veel lagen en grooves. Kun je ons iets vertellen over het opnameproces?

Nou, we brengen vele uren in de repetitieruimte door met het schrijven van nummers en het uitproberen van verschillende ideeën. Dan zijn we bezig met bepaalde stukken wel of niet spelen. Soms voegen we bepaalde stukken uit verschillende nummers samen tot een nieuw idee. Dan nemen we demo’s op en luisteren ernaar tot het allemaal op zijn plaats valt.

Toen alles uiteindelijk klopte, doken we de studio in Wales in, waar we de nummers zo goed mogelijk speelden. We hebben bij deze opname niet veel veranderd zoals dat bij het maken van de vorige plaat het geval was. Toen we aan het vorige album werkten, moesten we ter plekke een beetje tweaken. We knipten een aantal delen uit en veranderden een paar dingen. Maar deze keer waren we goed voorbereid.

Heb je een favoriete track op deze plaat?

Ha, ik houd natuurlijk van alle nummers, maar als ik echt moet kiezen … The Crucible, dat is het titelnummer van de plaat. Het nummer is geweldig, omdat ik dit soort structuren die we daarbinnen gebruiken, de langere stukken, leuk vind. Maar alle nummers zijn in principe tof.

Jij bent de drummer van de band. Maar was dit je eerste instrument?

Ik ben begonnen met drummen toen ik twee was.

Wat? Toen je twee was!

Ja. Toen ik acht jaar oud was, ben ik begonnen met het spelen van basgitaar en dat heb ik volgehouden tot mijn zestiende. Maar ik ben altijd blijven drummen. Dat is mijn hoofdinstrument.

Wat vind je het leukst aan drummen?

Ik vind het leuk dat je niet afhankelijk bent van elektriciteit enzo. Dus als alles kapot gaat, kun je altijd nog drummen. Daarnaast is het fysiek, zeer intuïtief en in zekere zin gemakkelijk.

Als je met de rest van de band meespeelt, hoe componeer je dan je drumpartijen?

Ik doe het zoals ik vroeger als kind ook leerde drummen. Ik luister dus niet zozeer naar de drumsectie in het bijzonder, maar naar het hele nummer. Ik speel eerst de lijnen en melodieën. Dat is ook de manier om een liedje echt te leren en te onthouden.

Ja, meestal zijn de lijnen en melodieën interessanter dan de groove. Dus als ik ze begin te spelen realiseer ik me dat ik dat niet kan doen, omdat iedereen dat al doet. Op dat moment wordt me duidelijk wat er ontbreekt en dat is wat ik op de drums speel.

Als je beginnende muzikanten wat advies zou kunnen geven, wat zou dat dan zijn?

Dat klinkt misschien raar, maar mijn eerste advies aan jonge muzikanten is om hun oren te gebruiken en niet hun heil te zoeken bij algoritmes. Dat is één ding. Het andere is: leer dingen op gehoor. Altijd. Het maakt echt niet uit hoe goed je bent in het bespelen van een instrument, als je geen oren hebt die dingen kunnen detecteren, dingen kunnen horen in een compositie, of je kunt niet leren door te luisteren dan heb je toch al een probleem als je met andere mensen samen gaat spelen.

Je moet de muziek horen, je moet horen wat er gebeurd. En mijn advies voor beginners is om naar veel muziek te luisteren. Probeer te spelen wat je hoort, niet noodzakelijkerwijs de noten, de groove of wat dan ook. Leer de melodie, probeer alles te zingen.

Nog voordat je het op je instrument probeert te spelen, zing het. Het maakt niet uit of het een baslijn of een drumgroove is. Zing het, zodat je het in je lichaam kunt krijgen. Maak het je eigen, voordat je het in het lichaam van je instrument probeert te krijgen. Dat is dus mijn tweede advies.

Ah, ik voel een derde aankomen?

Ja, dat klopt. Dus — en dit is in ieder geval mijn theorie — voordat je een goed oor hebt ontwikkeld, loop je het risico dat je vast komt te lopen en je stukbijt op de techniek. Als dat gebeurt en je ontwikkelt je muzikale gehoor niet, dan speel je uiteindelijk betekenisloze, technische riedeltjes. Maar als je muziek leert met je oren en vervolgens een soort eigen techniek ontwikkelt, dan is het logisch dat je speelt wat je speelt en wanneer je het speelt.

Dat is het moment waarop muziek maken verandert in iets veel persoonlijkers in plaats van het kopiëren van bewegingen zonder te horen wat je nu eigenlijk echt doet. Als je het niet kunt horen, zingen, en voelen, betekent het gewoon niets. De truc die je uitvoert is niet in je geworteld, het is iets wat iemand anders heeft verzonnen.

Wat ik probeer te zeggen is: behandel muziek niet als een sport. Wanneer je een nummer hoort pikt je oor dat op, analyseert je brein het en je lichaam voert het uit op je instrument. Toch? De techniek moet dus afhankelijk zijn van je gehoor en niet andersom.

Bedankt voor het goede gesprek en de goede raad, Tomas!

Wat vind je van dit artikel?👍 👎Je hebt al gestemd!